De bankjes-wilg van Astrid

Astrid van Beek, mede-oprichter van GeuzeGroen, had een cursus gedaan om van wilgentenen een stoel of bankje te vlechten. Ze maakte daarmee vervolgens een bankje voor in haar achtertuin.

Astrid’s huis staat in Leidschenveen, op voor de wilg vruchtbare kleigrond. Blaadjes vlochten zich een weg door het bankje. Toen er eens een kat op landde, zakte het bankje half in elkaar. “De poten van het bankje begonnen al snel wortel te schieten. Ik besloot drie poten weg te zagen”. De overlevende poot groeide in een jaar tijd uit tot een wilgje. Hij is nu zo groot dat hij, in overleg met de buren, om het jaar geknot moet worden. Hij is nu ruim zes meter hoog. Met het knotten levert hij de helft daarvan in.

“De wilg trekt veel insecten aan. Er kunnen wel 450 soorten op af komen. Ook nachtvlinders komen er vaak,” vertelt Astrid. Ook een mannetjes- en vrouwtjesspecht zijn de boom komen inspecteren voor een nest, maar ze zijn niet lang gebleven. “Wellicht was de knot nog niet hol genoeg”, vermoedt Astrid.

Astrid is blij met haar wilg: “Hij neemt veel water op, waardoor wij van wateroverlast in de tuin geen last hebben. In de zomer is het heerlijk koel onder de boom. De wilg kan via zijn bladeren wel 100 liter per dag laten verdampen.” Zij ervaart daardoor deze boom echt als een cadeautje. De wilg levert bovendien schaduw op voor planten elders in de tuin.

De bladeren zijn groen en lancetvormig. Katjes zijn er wel in het voorjaar, maar niet veel. De wilg heeft inmiddels een gastplant gekregen, een hedera die zich om de wilg heeft heengeslingerd. Deze is het hele jaar door groen.
Bijzonder is dat deze klimop tot laat in het jaar bloemen heeft. Hier komen veel insecten op af die elders geen eten kunnen vinden.

Kraamkamertje voor Geuzegroen
Astrid heeft twee leuke toepassingen met de snoeitakken van de wilg bedacht. Van de heel dikke takken maakte ze een bankje voor in de voortuin. En in de achtertuin heeft ze van de minder dikke takken een zogenaamd hugelbed gemaakt van twee bij twee meter. De wilgentakken liggen horizontaal gestapeld in een soort verhoogd plantbed. Heel leuk is dat Astrid hier stekjes van frambozenplanten van GeuzeGroen heeft ingezet, zodat haar plantenbed nu een mini-kraamkamer is voor een stukje voedselbuurtbos.

Aardige weetjes zijn nog dat van de wilg de eerste aspirine is getrokken en dat je de bast van wilgentakken ook kunt gebruiken als een soort stekpoeder, bijvoorbeeld om bessen beter mee te kunnen stekken.

Astrid wenst voor GeuzeGroen dat dit voedselbuurtbos uitgroeit tot een prachtige en smakelijke ontmoetingsplek voor zowel mens als dier.


Christa van der Hoff