“Mijn kinderen stopten een avocado-pit in de grond, en voor ik het wist stond er een boom!” John-John van Aerde, die in Leidschenveen woont, klinkt nog steeds een beetje verbaasd over dit succes. “Ik had gehoord dat het er eerst als onkruid uit zou zien. Dat klopte. Toen ik een steel zag, wist ik dat het goed zat.” Dat was vier jaar geleden. Nu is de steel uitgegroeid tot een boom van maar liefst vier meter hoog. Helaas heeft de boom nog geen vruchten gedragen. Die kan je pas na acht jaar verwachten, heeft John-John geleerd. Die fase gaat de boom waarschijnlijk niet bereiken in deze tuin.
“We gaan – tot mijn spijt, haha! – de tuin verbouwen en dan moet -ie weg. Mijn vrouw vindt dat -ie te groot wordt, terwijl -ie er van mij mag zijn.” Hopelijk is er straks een plekje voor zijn avocadoboom in Voedselbuurtbos Geuzegroen. Hoewel John-John zichzelf nog een beginner in het groen vindt, is hij ook aardig bezig met zijn moestuin en met het in huis halen van de natuur uit eigen tuin. Hij gebruikt en verwerkt de vruchten en groenten ook in eigen keuken. Van de droge bloemetjes van de lavendelplant bijvoorbeeld maakt hij een heerlijk geurende etherische olie voor in huis. “Dat heeft een kalmerend effect.”
Leuk is, dat hij van het Voedselbuurtbos ook diverse bessen voor zijn tuin heeft gekregen, zoals een Josta-bes en een kruisbes. “Het mooie van planten vind ik het principe dat ze het in een goede omgeving goed doen. Als ze doodgaan, wil ik uitzoeken waar dat aan ligt, want dan klopt er iets niet.” Zo heeft hij een ‘probleem’ met de bananenboom, die ‘leeft, maar ook weer niet.’’
De natuur is belangrijk voor John-John. “Zij bezorgt mij een geluksgevoel, waar de stad met al zijn stenen dat gevoel niet bij mij teweegbrengt. Ik hou van de wisseling van de seizoenen, zo vind ik de vallende blaadjes in de herfst een mooi spektakel.” Ook brengt de natuur hem veel rust.
Voor het Voedselbuurtbos hoopt John-John dat het een groot succes wordt en dat er over wordt gepraat. Hij zou het geweldig vinden als het bos voor boeren een voorbeeld wordt om de polyculturen van het bos in plaats van hun eigen monoculturen te omarmen. Ook hoopt hij dat het bos bij de jeugd zal aanslaan. “Het fijne is dat er nu al zoveel mensen door het bos geinspireerd zijn. Laten we dat lekker uitbreiden.” John-John, die tevens voorzitter is van de Stichting Voedselbuurtbos, wil zelf ook juist de ontwikkeling van het bos meemaken. “Niet die van tien jaar, maar ook van de tijd daarna. Via educatie gaan we de jeugd meenemen in dit mooie groeiproces.”
Dit is deel 2 van de serie “Band met een Plant”
Tekst Christa van der Hoff