Conditie en groei

De eerste indruk is positief: meer dan de helft (53%) van de bomen verkeert in goede conditie, terwijl 35% een redelijke conditie heeft. Helaas is 8% van de bomen dood of lijkt dat te zijn. De gemiddelde hoogte van de boompjes ligt nu rond de 1,3m. Het is duidelijk dat ons bos nog erg jong is!

Van de geënte bomen is bij 79% de ent nog intact, waarbij meer dan de helft uitloopt. Dit is een goed teken, hoewel bij een kwart van de onderstammen uitlopers zijn gezien die verwijderd moeten worden. Ook is de groei erin gekomen: twee derde van de bomen heeft dit jaar nieuwe scheuten ontwikkeld, wat fijn is te constateren na de moeilijke groeiomstandigheden van de eerste jaren. 

Er zijn belangrijke observaties gedaan voor het beheer:

• Schade: Bij 18% van de bomen is schade (zoals vraat) gezien, en bij enkele is rotting door te dicht bij de stam mulchen ontdekt. We blijven de stamvoet vrij houden.
• Korstmos: bij 23% van de bomen gezien. Er zijn vele soorten korstmos en elke soort zegt iets over de groeiomstandigheden (luchtkwaliteit, vochtigheid etc.) Zeker de moeite waard om ons in te verdiepen!
• Biodiversiteit: Hoewel 90% van de bomen tussen gras staat, profiteert slechts een kwart van de bomen van meer biodiversiteit in hun directe omgeving door de aanwezigheid van kruiden en andere planten. Dit is zeker iets dat we zouden moeten proberen te verbeteren.
• Oogst: Hoewel de meeste bomen tijdens het monitoren nog geen vruchten droegen, is de meeste opbrengst op dit moment aan de duindoorns, moerbeien, krenten en mispels te danken. Ook bij een klein aantal jonge appels, peren, kersen en een kerspruim zagen we vruchtvorming.

AANDACHTSPUNTEN EN OPMERKINGEN

Er is veel nuttige beschrijvende informatie doorgegeven, zoals identificatie door plantherkenning apps en locaties van bomen die niet altijd overeenkomen met de kaart. Met al die hulpmiddelen werken we voortdurend aan het steeds accurater maken van de kaart.   

Het valt ook op dat er vaak twijfel is of bepaalde takken van ent of onderstam zijn. Dat is soms heel lastig te bepalen en wordt pas duidelijk als er een zichtbaar verschil ontstaat tussen blad/bast van verschillende plantdelen. Dit kun je als ‘work-in-progress’ beschouwen!

Er is een actielijst gemaakt van de aandachtspunten (zoals uitlopers onderstam weghalen, steunpalen en kippengaas) die tijdens de meewerkdagen worden aangepakt.

Helen Ernst